Zoetwatertekort en meer wateroverlast: de nieuwe Deltascenario’s laten zien dat we deze eeuw stevige stappen moeten zetten
Vandaag heeft Deltares de nieuwe Deltascenario’s overhandigd aan minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) en aan Deltacommissaris Co Verdaas. Vier scenario’s laten zien waarmee we in het waterbeleid en ruimtelijk beleid rekening moeten houden tot het eind van deze eeuw. Voor alle vier de scenario’s geldt dat de wateropgaven flink groter worden: de zoetwatertekorten in de zomer nemen toe, er ontstaat meer wateroverlast door regenbuien en de gevolgen van overstromingen worden groter. Knelpunten met betrekking tot watertekort, wateroverlast én waterveiligheid stapelen zich op. Dit raakt heel Nederland.
Over de Deltascenario’s
De Deltascenario’s, die iedere zes jaar uitkomen, zijn gebaseerd op de nieuwste inzichten van onder meer het KNMI, het Planbureau voor de Leefomgeving, Wageningen Universiteit & Research en Deltares. Ze bevatten geen nieuw beleid. De scenario’s geven een totaalbeeld van ontwikkelingen die invloed hebben op het waterbeleid, denk aan: klimaatverandering, activiteiten om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en sociaaleconomische en ruimtelijke ontwikkelingen. Met de kennis uit de Deltascenario’s kunnen de beleidsmakers en uitvoeringsorganisaties aan de slag met een effectieve aanpak om Nederland veilig en leefbaar te houden.
Droger, maar ook natter
Het gaat om vier toekomstbeelden tot 2050 en 2100, ze zijn alle vier mogelijk en met alle vier moeten we dus rekening houden. Warm, Stoom, Vlug en Ruim. In alle vier scenario’s worden de zomers droger en de winters natter door klimaatverandering en dat leidt tot grotere uitdagingen. In Warm en Stoom is de klimaatverandering het sterkst. In Vlug en Ruim wordt wereldwijd sterk ingezet op de reductie van broeikasgassen. In Vlug en Stoom groeit de bevolking en in Ruim en Warm is er meer ruimte voor natuur. Ook die ontwikkelingen vragen wat van het waterbeleid.
Toenemende watertekorten
Een van de meest urgente opgaves is het beschikbaar houden van zoetwater voor allerlei maatschappelijke functies, zoals landbouw, scheepvaart, natuur, drinkwater, energie en industrie. Het aanbod van zoetwater in de zomerperiode neemt in alle Deltascenario’s af. Dit komt doordat er langere perioden van droogte zijn en er meer water verdampt door toenemende temperaturen. Tekorten ontstaan ook omdat er in de zomer minder water door onze rivieren stroomt en het zoute water steeds verder het land binnendringt. Deze veranderingen worden groter naarmate het klimaat verder verandert. De watervraag neemt daarentegen in alle scenario’s sterk toe, onder meer voor doorspoeling van watersystemen (verziltingsbestrijding), beregening van landbouwgebieden, uitbreiding van natuurgebieden en een grotere drinkwatervraag. Vernatting van laagveen, om de bodemdaling tegen te gaan en de CO2-uitstoot terug te dringen, wordt een nieuwe grote watervrager. De balans raakt verstoord en er zullen vaker watertekorten optreden. Niet alle functies kunnen te allen tijde van voldoende water worden voorzien, wat leidt tot maatschappelijke schade.
Toenemende wateroverlast
Ook de kans op wateroverlast is in alle scenario’s groter; 's zomers door piekbuien en 's winters door lange perioden met regen. Extreme omstandigheden vallen bovendien vaker samen: intense regen én hoge rivierafvoeren én een hogere zeespiegel, waardoor water niet voldoende kan worden afgevoerd. Zowel in stedelijk als landelijk gebied kan de schade groot zijn. Wateroverlast kan ontwrichtend zijn als wegen niet begaanbaar zijn, ziekenhuizen niet meer bereikbaar zijn of elektriciteit- of communicatienetwerken uitvallen.
Grotere gevolgen overstromingen
In alle scenario’s moeten we actie ondernemen om onze bescherming tegen overstromingen op hetzelfde veiligheidsniveau te houden. De zeespiegel stijgt en de rivierafvoeren nemen in de winter toe. Daarnaast worden de gevolgen van een overstroming groter, omdat er meer mensen achter de dijken wonen en de economische waarde achter de dijken toeneemt. Het hoogwaterbeschermingsprogramma bereidt zich voor 2050 hierop voor. Als de mondiale uitstoot niet vermindert, neemt na 2050 de waterveiligheidsopgave verder toe.
Minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat): “Het veranderende klimaat zorgt ervoor dat we nu al kampen met droge zomers en extreme buien. De scenario’s laten zien dat de wateropgaven in de toekomst alleen maar groter worden, terwijl de zoetwatervoorziening op dit moment al onder druk staat. Het is duidelijk dat we maatregelen moeten nemen tegen extreem weer, hier zijn we al op allerlei manieren mee aan de slag. Zoals maatregelen om meer zoet water op te kunnen slaan in het IJsselmeer, wat we kunnen gebruiken in periodes van droogte. En zoals het aanscherpen van regelgeving voor het bouwen in de uiterwaarden. We kunnen nog meer doen: de scenario’s geven aan dat de winters natter worden, dat betekent dat we dat water nog beter moeten gaan vasthouden, bergen en opslaan om de drogere zomers door te komen. De Deltascenario’s leveren een waardevolle bijdrage aan de vernieuwing van het Deltaprogramma in 2026 en de besluiten die daarover genomen worden in het Nationaal Waterprogramma van 2027. Doel is om hiermee het land ook in de verdere toekomst veilig en prettig te houden.”
Deltacommissaris Co Verdaas: “De uitdagingen om ons land ook in de toekomst leefbaar te houden worden steeds groter. We moeten leren leven met te veel en te weinig water. We hebben een eeuwenlange traditie om het water te beteugelen en te beheersen. De klassieke aanpak met technische maatregelen in het watersysteem begint te knellen. We moeten ons land zo gaan inrichten dat we de extremen beter kunnen opvangen. Dat gaat niet vanzelf, maar vraagt om keuzes die ingrijpen op onze leefomgeving en de manier waarop we ons land en ons water gebruiken. In de herijking van het Nationaal Deltaprogramma bereiden we de komende jaren die keuzes voor. Het zijn lastige keuzes, maar ze leveren wel een toekomstbestendig land op.”
Dirk-Jan Walstra (directeur kennisinstituut Deltares): “De Deltascenario’s laten zien dat we hard moeten werken om alle urgente wateropgaven het hoofd te bieden. Als land hebben we allemaal belang bij ambitieus klimaatbeleid, anders houden we het tempo van de benodigde veranderingen moeilijk bij. Hierbij gaan goed waterbeheer, verstandig ruimtelijk beleid en verstandig watergebruik hand in hand. We staan nu voor fundamentele keuzes in het beheer van ons water-, en bodemsysteem met een brede maatschappelijke impact. Met onze lange geschiedenis in slim waterbeheer helpen de Deltascenario’s ons om nu keuzes en effectieve maatregelen voor te bereiden.”
Gevolgen voor iedereen
De Deltascenario’s laten zien dat er grote uitdagingen zijn voor het waterbeleid. In alle vier de Deltascenario’s nemen de wateropgaven toe. Knelpunten met betrekking tot watertekort, wateroverlast én waterveiligheid stapelen zich op en iedereen in Nederland krijgt er mee te maken. De knelpunten krijgen een steeds structureler karakter. Het raakt ons hele land en heeft consequenties voor alle watergebruikers, onder andere voor: drinkwatervoorziening, zoet houden van sloten en beheersing grondwaterverzilting in laag Nederland, nat houden van laagveengebieden, natuur, landbouw, scheepvaart en aanleg en onderhoud van infrastructuur.
Gebruik Deltascenario’s
De Deltascenario’s vormen uitgangspunten voor het waterbeleid, voor het Deltaprogramma en de uitvoeringsorganisaties. Maar ook daarbuiten zijn ze toepasbaar, bijvoorbeeld in het ruimtelijk beleid (Nota Ruimte) of Nationaal Programma Landelijk gebied. De scenario’s helpen om beleid te ontwikkelen. Ze laten zien waar het gaat knellen, op middellange en lange termijn en waar oplossingen nodig zijn. Zo kunnen we ons op tijd voorbereiden en adaptief werken aan een veilig en leefbaar Nederland.