Zoetwater
Voldoende zoetwater is cruciaal voor ons land, onder meer voor de stabiliteit van dijken, voor natuur en voor de drinkwater- en elektriciteitsvoorziening. Veel economische sectoren zijn afhankelijk van zoetwater, zoals landbouw, scheepvaart en industrie. Deze sectoren hebben een substantieel aandeel in de nationale economie. Voldoende zoetwater is ook van belang voor de volksgezondheid, het leefmilieu in de stad en het tegengaan van bodemdaling.
Het aanbod van zoetwater is niet altijd toereikend voor de vraag. Dat bleek tijdens de langdurige droogteperioden in zomers van 2018 en 2019, het voorjaar van 2020 en de zomer van 2022. Op verschillende plaatsen leverde de droogte problemen op. In landbouw- en natuurgebieden ontstond schade door verzilting en gebrek aan zoetwater, in stedelijk en landelijk gebied waren problemen met de waterkwaliteit. Door lage grondwaterstanden was sprake van extra bodemdaling en funderingsschade. Ook de scheepvaart ondervond problemen door lage waterstanden in de rivieren. De verwachting is dat dergelijke droogteperioden in de toekomst vaker optreden. De deltascenario’s 2024 laten bijvoorbeeld zien dat het wateraanbod in de zomer afneemt, terwijl de watervraag sterkt toeneemt, met vaker droogte en watertekorten als gevolg. De grenzen van de huidige zoetwaterstrategie komen dan ook in zicht. Water en bodem sturend maken in de ruimtelijke inrichting zorgt ervoor dat Nederland in de toekomst leefbaar en klimaatrobuust blijft.
Deltabeslissing en Deltaplan
Zoetwater is een van de drie thema’s in het Deltaprogramma. Het algemene beleid is vastgelegd in de Deltabeslissing Zoetwater met doorwerking naar Nationaal Waterprogramma en NOVI. De kern daarvan is Nederland weerbaar maken tegen zoetwatertekorten in 2050. Concrete maatregelen voor de uitvoering van het beleid staan beschreven in het Deltaplan Zoetwater.
Nationale Zoetwaterstrategie
Uit de deltascenario’s 2024 blijkt dat de huidige Nationale Zoetwaterstrategie, zoals vastgelegd in het Nationaal Waterprogramma (NWP) 2022-2027, minder lang houdbaar is dan tot nu toe gedacht. Het optimaliseren van het huidige watersysteem volstaat niet langer, wat betekent dat alle sectoren hun watergebruik moeten aanpassen aan drogere en/of verziltende omstandigheden. Dit betekent ook dat huidige functies niet altijd in stand gehouden kunnen worden op de huidige locaties.
Dit bevestigt en vergroot het belang én de urgentie om de structurerende keuzes uit de Kamerbrief Water en Bodem Sturend in de praktijk te brengen en duidelijk te kiezen om niet meer af te wentelen tussen regio’s, van privaat naar publiek en naar toekomstige generaties. De noodzakelijke omslag in waterbeheer en landgebruik moet ook landen in de ruimtelijke plannen die nationaal en in de regio’s worden uitgewerkt. De urgentie en de ruimtelijke consequenties zijn aanleiding geweest voor de minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) om de kamer te informeren via een Kamerbrief (juni 2024), die ook besproken is in de Stuurgroep Deltaprogramma.
De deltacommissaris presenteert in 2026 de herijkte deltabeslissingen, waaronder de zoetwaterstrategie. Deze landen in 2027 in het NWP 2028-2033 en de regionale waterprogramma’s.
Klimaatbestendige Zoetwatervoorziening Hoofdwatersysteem
Om in 2050 weerbaar te zijn tegen droogte en watertekorten is in het NWP een nationale strategie voor het hoofdwatersysteem opgenomen: de strategie Klimaatbestendige Zoetwatervoorziening Hoofdwatersysteem(KZH). Doelen zijn het water vast te houden, op de juiste plek terecht laten komen (daar waar het nodig is) en zoetwater besparen. De afgelopen jaren is gewerkt aan deze strategie, en de komende jaren wordt deze steeds verder aangescherpt. Eind 2025 laat de KZH opties zien: in welke mate en tot wanneer kan het huidige geoptimaliseerde hoofdwatersysteem voorzien in de zoetwatervraag van de verschillende regio’s?
Samenwerking
Het voorkomen van watertekorten lukt alleen als alle overheden en gebruikers van zoetwater zich samen inspannen. Rijkswaterstaat en de waterschappen kunnen de aanvoerroutes van zoetwater verbeteren en voorraden opbouwen en provincies en gemeenten vertalen die door naar ruimtelijke inrichting. Grote watergebruikers, zoals bedrijven, land- en tuinbouwers en natuurbeheerders, kunnen zich richten op waterbesparing en landgebruik aangepast aan waterbeschikbaarheid.
Kennis en innovatie
Een robuuste zoetwatervoorziening vraagt om nieuwe technieken, werkwijzen en bedrijfsvoering. Daarom zijn onderzoek en innovatie een belangrijk onderdeel van het Deltaprogramma Zoetwater. Als onderdeel van het programma Innovatieve Pilots Klimaatadaptatie Zoetwater zijn meer dan 25 pilots uitgevoerd vanaf 2015. Onderwerpen waren: zoetwaterbronnen beter benutten, zoetwater opslaan en vasthouden en het zuiniger gebruik en slimmer sturen van water.
De kennis over zoetwater blijft up-to-date dankzij de kennisagenda van het Deltaprogramma Zoetwater. Deze kennisagenda wordt jaarlijks geactualiseerd en geeft inzicht in de voortgang en uitkomsten van de programma’s, onderzoeken en pilots die deel uitmaken van het Deltaprogramma Zoetwater. De uitkomsten van onderzoeken en pilots worden gedeeld op kennisdagen en tijdens landelijke en regionale presentaties.