Organisatie
Sinds de start van het nationaal Deltaprogramma werken Rijk, waterschappen, provincies en gemeenten op een vernieuwende manier samen, met inbreng van kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties, bedrijven en burgers. Dit gebeurt voor drie thema’s: waterveiligheid, zoetwater en ruimtelijke adaptatie. De samenwerking krijgt invulling in nationaal en in regionaal verband.
De kern van het Deltaprogramma is een nationale aanpak, met ruimte voor regionale invulling en betrokkenheid van alle partijen. Er is sprake van een gedeelde verantwoordelijkheid en gedeeld eigenaarschap van Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen.
Gebiedsgerichte samenwerking en uitvoering
De regionale bestuurlijke verbanden van de overheden zijn van groot belang voor het bespreken van de delta-opgaven in samenhang met andere gebiedsopgaven. De omvang van de opgaven en de uitwerking daarvan verschilt per gebied. Daarmee verschilt ook de bestuurlijke inzet per regio en thema.
Voor elke opgave van het Deltaprogramma – waterveiligheid, zoetwater en ruimtelijke adaptatie – geldt een eigen logische gebiedsindeling met een daarbij passende bestuurlijke agenda, waarbij de betrokken overheden de ondersteuning organiseren. De belangrijkste taken zijn het realiseren en verder uitwerken van de deltabeslissingen en voorkeursstrategieën, het informeren van de deltacommissaris over de voortgang en het adviseren over het jaarlijkse voorstel voor het Deltaprogramma. De bestuurlijke overleggen voor IJsselmeergebied en Zuidwestelijke Delta bespreken zowel waterveiligheid, zoetwater als ruimtelijke adaptatie. Centraal-Holland is sinds 2024 als deelgebied in het Deltaprogramma vertegenwoordigd.
Stuurgroep Deltaprogramma
Nationaal zorgt de Stuurgroep Deltaprogramma voor de bestuurlijke inbedding en advisering aan de deltacommissaris. In de stuurgroep zitten bestuurders van de koepelorganisaties van waterschappen, provincies en gemeenten, de voorzitters van de gebiedsoverleggen en de directeuren-generaal van de deelnemende ministeries. Deelnemende ministeries zijn Infrastructuur en Waterstaat inclusief Rijkswaterstaat, Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur en Klimaat en Groene groei. De deltacommissaris is voorzitter van de Stuurgroep Deltaprogramma.
Generieke thema's
De drie thema’s worden op verschillende manieren bestuurlijk gecoördineerd:
- Voor waterveiligheid is in 2019 het Bestuurlijk platform Waterveiligheid (BPWV) opgericht. In het BPWV staat het nationale waterveiligheidsbeleid centraal, voor de korte en lange termijn. Het BPWV adviseert de minister van IenW, de deltacommissaris en de Stuurgroep Deltaprogramma. Dit gaat bijvoorbeeld over de samenhang tussen waterveiligheid, andere thema’s en gebiedsgerichte voorkeursstrategieën.
- Voor zoetwater is het Bestuurlijk Platform Zoetwater (BPZ) het coördinerend bestuurlijk overleg van de zes zoetwaterregio’s en het hoofdwatersysteem. Daarnaast is het BPZ verantwoordelijk voor de deltabeslissing Zoetwater en het Deltaplan Zoetwater.
- De Stuurgroep Ruimtelijke Adaptatie vervult deze functie voor de uitwerking van dit onderwerp en is verantwoordelijk voor het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie.
De uitvoering van de zoetwateropgaven gebeurt via de zoetwaterregio’s. De uitvoering van de opgaven voor ruimtelijke adaptatie loopt via de werkregio’s. Deze gebiedsindelingen wijken deels af van de gebiedsindeling voor waterveiligheid.
Waterveiligheid
Voor Waterveiligheid zijn momenteel zeven gebiedsoverleggen actief: Bestuurlijk overleg Waddengebied, Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta, Bestuurlijk Platform IJsselmeergebied, Bestuurlijk Platform Rijn, Stuurgroep Deltaprogramma Maas, het Gebiedsoverleg Rijnmond-Drechtsteden (zie kaart) en het Landelijke overleg Kust. De gebiedsoverleggen borgen de onderlinge afstemming over overgangsgebieden als de IJssel-Vechtdelta, Alblasserwaard en Krimpenerwaard en de regio Amsterdam.
Voor de uitvoering van de waterveiligheidsmaatregelen vervult het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) een centrale rol. De programmadirectie HWBP, een samenwerkingsverband tussen waterschappen en Rijkswaterstaat, draagt zorg voor een samenhangende programmering.
Voor de rivieren hebben het Rijk en de regionale partijen een Programma Integraal Riviermanagement (IRM) opgesteld. Doel is een toekomstbestendig rivierengebied in 2050 dat als systeem goed functioneert en meervoudig bruikbaar is. Het zorgt voor een integrale aanpak van de opgaven voor waterveiligheid, waterkwaliteit, bevaarbaarheid, zoetwaterbeschikbaarheid, natuur en ruimtelijke en economische kwaliteit. En voor verankering van de aanpak in een beleidskader, inclusief programma van maatregelen. De bestuurlijke afstemming over IRM loopt via de Stuurgroep IRM, waarin het Bestuurlijk Platform Rijn, de Stuurgroep Deltaprogramma Maas en de deltacommissaris zijn vertegenwoordigd.
Zoetwater
Zes zoetwaterregio’s (zie kaart) en Rijkswaterstaat (voor het hoofdwatersysteem) zijn aan de slag met de uitwerking van de deltabeslissing Zoetwater en de uitvoering van het Deltaplan Zoetwater. Het overleg over zoetwater in Hoge Zandgronden Oost, Hoge Zandgronden Zuid, Rivierengebied, West-Nederland en Noord-Nederland vindt plaats in regionale bestuurlijke overleggen (RBO’s). In de meeste regio's wordt zoetwater verbonden met ruimtelijke adaptatie en waterkwaliteit. Het Bestuurlijk Platform IJsselmeergebied en het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta bespreken zowel waterveiligheid als zoetwater en ruimtelijke adaptatie. De programmering van de zoetwatermaatregelen wordt door het programmabureau Zoetwater voorbereid. Hierin werken de betrokken overheden en regio’s samen.
Ruimtelijke adaptatie
De ambities, afspraken en acties uit het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie vragen om intensieve samenwerking tussen gemeenten, waterschappen, provincies en het Rijk. De partners hebben afgesproken de samenwerking – met name in de uitvoering – te baseren op een landsdekkende indeling in 45 werkregio’s (zie kaart). De overheden in een werkregio brengen samen in beeld wat de kwetsbaarheden voor wateroverlast, hitte, droogte en overstroming zijn, stellen samen met burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties de ambitie vast om de kwetsbaarheid te verminderen en voeren daarvoor maatregelen uit. De werkregio’s monitoren de voortgang ten behoeve van hun eigen decentrale besturen. Zeven bestaande gebiedsoverleggen rapporteren op basis van die informatie over de voortgang van ruimtelijke adaptatie ten behoeve van de jaarlijkse voortgangsrapportage van de deltacommissaris (zie de voortgangsrapportage Ruimtelijke Adaptatie). Het gebiedsoverleg stimuleert de samenhang met de andere opgaven van het Deltaprogramma (waterveiligheid en zoetwatervoorziening).
Grensoverschrijdende overgangsgebieden
Afstemming over grensoverschrijdende overgangsgebieden voor alle thema’s vindt plaats in de internationale riviercommissies, en de bilaterale grensoverschrijdende samenwerkingsverbanden. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat coördineert dit. Ook werkt het Deltaprogramma mee aan stroomgebiedsbrede rivierkennisontwikkeling.